ERROR ON ROUTE 96
Boekje
Ik koop wel eens een boekje. Niet zo vaak, want in het verleden heb ik zo
veel boekjes gekocht dat ze nu niet meer allemaal in mijn kamer passen. Maar
omdat het kopen van een boekje nu eenmaal goedkoper is dan het kopen van een
kamertje, koop ik dus alleen nu en dan een boekje, maar niet te vaak.
Gelukkig zijn er ook kleine boekjes. Dergelijke boekjes zijn wel vaak
iets dikker, maar je kunt ze makkelijker nog ergens tussen schuiven, in de
gaten die er over zijn in de boekenkast. Zo’n boekje is
Wisden Cricketers’ Almanack.
Klein, geel, 1200 pagina’s
dik. De editie die ik nu heb is de 133e, en elk jaar verschijnt er
een nieuwe. Elke editie bevat de statistieken van het voorgaande cricketjaar.
Niet iedere bal die er in de wereld is geslagen staat er in, maar wel het
grootste gedeelte.
Is dat nou leuk, zo’n boekje vol met cijfers? Het telefoonboek is
goedkoper, want gratis. Maar het telefoonboek is ook veel groter, en net zo
dik, in het volume van één telefoongids passen wel vier
Wisdens. En het telefoonboek is lang niet zo interessant, want er
staan alleen maar namen in. Die staan in Wisden ook, maar dan staat er
nog een heleboel bij. Hoeveel ballen meneer X om zijn oren heeft gehad,
hoeveel daarvan hij uit het veld heeft geslagen, hoeveel minuten hij in het
veld heeft gestaan, en hoe hij tenslotte het veld heeft verlaten. En het
aantul runs dat hij heeft gemaakt natuurlijk, want uiteindelijk gaat het ook
bij cricket om de puntjes. Puntjes die, als ik mij deze grap mag veroorloven,
nooit bij de paaltjes komen.
En ja, dat is leuk. Uren kan ik daar in bladeren en neuzen en
terugbladeren en… Het lijkt je niets, ik merk het al. Dan kun je dit
boekje maar beter niet kopen. En misschien ook beter niet naar cricket
kijken. Maar wie wil kan natuurlijk toch gewoon eens even een kijkje nemen
bij ‘s werelds grootste cricket internet-site: CricInfo. Je weet het nooit, ik ben ook
zo begonnen. Voor de televisie. Terwijl ik dacht: ‘is dat nou leuk…’
Toch nog even een paar mythes over cricket uit de wereld helpen:
-
Testmatches zijn geen oefenwedstrijden, maar interlands. De term
test(match) wordt in het angelsaksisch taalgebied ook gebruikt bij
rugby-interlands. Er zijn maar negen landen met de teststatus, en
Nederland hoort daar niet bij.
-
Cricketmatches zijn niet de langstdurende sportwedstrijden. De
Tour de France duurt vier tot vijf keer zo lang, om er maar eens
één te noemen. Een cricketer staat per dag zo’n zes uur in het
veld, dat is ongeveer net zo lang als een wielrenner in het zadel zit.
-
De
spelregels
van cricket zijn niet ingewikkeld, althans, niet
ingewikkelder dan van andere veldsporten. Om een wedstrijd een beetje te
volgen heb je niet zo heel veel uitleg nodig. Wel heeft cricket een enorme
hoeveelheid kleine regeltjes die zelden in werking treden, maar waar wel
vaak over wordt gesproken.
-
Cricketcommentatoren spreken geen geheimtaal. Ze spreken wel
jargon, dat op een argeloze leek nogal indrukwekkend kan overkomen. Maar
veel dingen hebben bij cricket nu eenmaal een naam: veldposities, bepaalde
worpen, zelfs sommige scores. Wie echte geheimtaal wil lezen moet maar
eens een bridge-rubriek opslaan.
-
Cricket is geen elitesport, althans, buiten Nederland. In
Engeland worden cricketwedstrijden net zo goed bezocht als
voetbalwedstrijden, alleen gedraagt het publiek zich wat socialer—
hoewel, dat valt de laatste tijd ook wel mee…
Deze tekst stond eerder in de Vakidioot, nummer 2 (1996/97)
© Roelof Ruules
|